De ontsluitingsperiode

Vanaf 30 weken zwangerschap nemen samentrekkingen van de baarmoeder gestaag toe. Deze contracties, zoals we dat met een mooi woord noemen, vinden vooral plaats tussen 20:30 – 2:00uur. Deze contracties zorgen ervoor dat je kindje verder indaalt. Dit geheel is een complexe balans tussen allerlei hormonen in je lijf, waaronder melatonine en oxytocine. Ingewikkeld om uit te leggen maar wanneer je als zwangere zorgt dat je op tijd (rond 22:00uur) naar bed gaat stimuleer je het vrijkomen van melatonine. Melatonine stijgt namelijk alleen als het schemerig of donker is. Vandaar dat spontane bevallingen meestal in de nacht beginnen. Maar daardoor is het dus niet raar dat je misschien een keer vanaf de 30 weken ’s avonds of ’s nachts denkt dat je bevalling begint! Grote kenmerk van dit voorwerk is dat de harde buiken die je dan ervaart niet toenemen in intensiteit, duur en frequentie.

Het begin van je bevalling

Je bevalling is echt begonnen wanneer Je regelmatige, krachtige weeën hebt. Ontsluitingsweeën worden steeds pijnlijker, duren ca. 1 minuut en komen met een grote regelmaat, tenminste 1x per 5 minuten…….en deze daadwerkelijk verandering van de baarmoedermond en/of ontsluiting opleveren. Dit kunnen wij als verloskundige door middel van inwendig onderzoek vaststellen.

Ook als je vliezen breken komt het eerder genoemde hormoon oxytocine vrij. Meestal komen daardoor de weeën spontaan op gang; soms direct erna, soms pas na een aantal uren.

Het proces van je bevalling kan worden vertraagd door zogenaamde stoorzenders, die de werking van oxytocine en prostaglandine tegenwerken. Je kunt dit vergelijken met als je moet plassen of als je aan het vrijen bent; wanneer er dan plots iemand om de hoek komt kijken, lijkt het alsof je ineens niet meer moet, of verdwijnt je de lust in het vrijen. Zo werkt dat ook bij de bevalling.

Beruchte stoorzenders zijn kou, onrust (geluid, beweging, licht), zaken die je afleiden van je bevalling en je niet op je gemak voelen. Alle omstandigheden waardoor jij je niet volledig kunt richten op jezelf en jouw bevalling –of dat nu door anderen, je omgeving of jezelf komt- kunnen de voortgang van je bevalling tegenhouden.

TIPS VOOR EEN GOED VERLOOP:

  • Zorg voor rust, behaaglijke warmte, gedempt licht
  • Als de weeën nog niet zo hevig zijn, blijf dan lekker bezig met wat kleine klusjes in huis
  • Sluit je af voor prikkels van buiten, richt je op jezelf
  • Probeer mee te gaan met de weeën, zonder je te verzetten. Vergelijk de wee met een golf in de zee: zolang je met de golf mee zwemt gaat het goed, als je er tegenin wilt zwemmen, ga je kopje onder.
  • Probeer ook je spieren van de bekkenbodem te blijven ontspannen, los te laten.
  • Maak gebruik van de weeënpauze door optimaal te ontspannen
  • Voorkom hyperventileren: adem in door je neus, adem uit door je mond.
  • Vertrouw op je eigen kunnen
  • Denk vaak aan het feit dat het geboortekanaal open moet gaan
  • Geef te kennen wat je wel en niet prettig vindt

HOUDINGEN TIJDENS HET OPVANGEN VAN WEEËN:

  • Staand, bijv. gebogen over de tafel, aanrecht of stoel
  • Zittend, bijv. op de w.c., skippybal, of achterstevoren op een stoel, leunend over de leuning waarop je een kussen hebt gelegd.
  • Op je knieën voor de bank, waarbij je hoofd en armen kunnen leunen op de bank.
  • Op handen en knieën.
  • Liggend op je zij met een kussen tussen je benen.

Bij de houdingen waarbij je buik vrij hangt’ is het vaak fijn om tijdens de wee wat heen en weer te wiebelen met je billen, het zgn. kwispelen. De bekkenbodem loslaten lukt dan beter.

Warmte ontspant je lichaam (douche/bad, kruik) en massage van de onderrug kan ook verlichting bieden.

Bevallen gaat gepaard met pijn. Die pijn is behoorlijk pittig, toch kom je daar wel doorheen. Soms duurt je bevalling langer dan gemiddeld of is de pijn niet draaglijk. Pijnstilling is in het ziekenhuis mogelijk in de vorm van een injectie of ruggenprik. Vertrouw erop dat je, in overleg met je verloskundige, hiervan gebruik kunt maken als het nodig is.